De Blauwe Schuit: Volherdinge

Rond Pasen 1944 verschenen twee uitgaafjes van De Blauwe Schuit, waarvan één voor de heidenen en één voor de gelovigen.

Voor de heidenen werd het gedicht Menschheit van George Trakl gedrukt, voor de gelovigen verscheen een zeventiende-eeuws gedicht van Jacobus Revius (1586-1658): Volherdinge (Volharding). De aanduidingen waren van dominee August Henkels in een brief aan mede-uitgever Ate Zuithoff (zie biografieën).

Deze termen waren natuurlijk heel ironisch bedoeld. Beide gedichten hebben christelijke thema's. Dat van Trakl was bedoeld voor de 'fijnproevers'. Dat van Revius was calvinistisch. Met het gedicht Volherdinge beschreef Revius de 'volharding der heiligen': wie oprecht in Christus gelooft, zal hem nooit ontrouw worden. De Blauwe Schuit, schreef Henkels op 3 maart 1944 deed 'altijd haar best' om 'menschen van allerlei geloof en instelling te gerieven'. Het fonds was zeker niet eenzijdig literair of religieus.

Experiment met oude houtsnede

Na ontvangst van de uitgave schreef Henkels dat hij heel tevreden was over deze 'geslaagde proefneming', want hij vond het 'prachtig van kleur en innerlijk rythme' (brief, 22 maart 1944). Wat hield het experiment eigenlijk in?

Dit was de eerste uitgave waarvoor een cliché werd gemaakt van een bestaande afbeelding, in dit geval van een houtsnede uit een incunabel: Horologium devotionis van Bertholdus (c. 1490). Henkels omschreef die als 'een heel kleine houtsnee van Christus aan het Kruis, met 2 figuurtjes er naast, als ik me niet vergis'. Hij wilde het op ware grootte gereproduceerd hebben op het omslag:

En verwerk het als middelpunt van een bont kleurenspel, als van "Alleluia", in dien geest bedoel ik. [...] Je bent heelemaal vrij in de bewerking hoe je het doen wilt. Ik dacht echter: laat het houtsneetje niet "los" staan te midden der kleuren, maar neem het òp in het geheel van het spel; werk er met kleur, geheel of gedeeltelijk, overheen.

Voor het omslag van Volherdinge maakte Werkman niet minder dan vijf varianten, waarvan er een gekozen werd die niet zijn eigen voorkeur had. Henkels maakte dezelfde keuze als Greet, de echtgenote van Werkman: dat was een versie met in groen gekleurde figuren. Werkman zou echter zijn eigen gang gaan.

  • Tekst in Jacobus Revius, H.N. Werkman, Volherdinge (1944)

Zelf vond hij het experiment ook geslaagd, vooral omdat het weer tot nieuwe resultaten leidde. Maar hij vroeg zich eerst wel af: 'hoe moet dat nu'?

Werkman over zijn werk

Hoofdzaak is dat je rustig bent en spelenderwijs aan 't werk gaat. Heel vaak is dan de eerste de beste, maar meestal maak ik een paar ontwerpen meer en neem ze even mee naar huis want in 't laatst vertrouw ik me zelf niet meer in de juiste keuze. Er zijn met deze werkwijze mooie combinaties te maken en met een cliché of houtsnede heb je direct eenig houvast en een uitgangspunt aan de gedachte die in de voorstelling zit. Dit is weer een nieuwe mogelijkheid om eenige variatie te brengen.

Henkels bedacht dat zulke experimenten konden worden voortgezet op grotere schaal, maar dat kwam er niet van. Wel werd zo'n centrale afbeelding waarom heen Werkman zijn druksel kon componeren kort erop gebruikt voor twee kleine uitgaven: De dichter en zijn dag met een portret van de dichter M. Nijhoff en Zo dikwijls als ik dwalend met een foto van een doopvont.

Variaties op het omslag

De variaties in de proeven komen in de uiteindelijke omslagen niet voor: de trappen onder de houtsnede, de inkleuring van de prent. Maar er kwamen wel andere variaties tussen de verschillende exemplaren.

Werkman sneed sjablonen en drukte daarmee grote vlakken in de kleuren blauw, rood, bruin en geel. Ook kwam er een bruin kader langs drie zijden van de houtsnede. Maar de bruine en rode vlakken aan de boven- en onderzijde hadden geen vaste vorm aan de rechterzijde. Die verlopen een beetje.

[Auteur van deze bijdrage: Paul van Capelleveen]

Beschrijving van BS36

Jacobus Revius, Volherdinge. [Druksel: H.N. Werkman].

[4] pagina's, 210x153 mm.

Maart 1944.

Letter: Hollandsche Mediaeval (titel: corps 28; gedicht: corps 12; titel colofon: corps 10; tekst colofon; corps 9).

Oplage: 60.

Papier: Ongekleurd drukpapier, onbewerkt, zacht.

Colofon: 'Colophon Dit gedicht van Jacobus Revius werd gedrukt en verlucht door H.N. Werkman in Maart 1944 in een oplage van 60 exemplaren die rondom Paschen 1944 werden verdeeld onder de vrienden van De Blauwe Schuit. De houtsnede is uit Bertholdus' Horlogium devotionis circa vitam Christi, anno 1490.'

Literatuur

  • F.R.A. Henkels, Logboek van De Blauwe Schuit. Amsterdam, 1982
  • Groninger Museum Werkman Archief [online].
  • Hendrik Nicolaas Werkman, Brieven rond De Blauwe Schuit (1940-1945). Nijmegen, 2008
  • Ate Zuithoff, Hendrik Werkman en De Blauwe Schuit. Herinneringen van een schipper. Utrecht, 1995