Amphitryon 38 : comédie en trois actes

Jaar: 1931

Auteur: Jean Giraudoux (1882 - 1944)

Kunstenaar: Mariano Andreu (1888 - 1977)

Uitgeverij: Bélier

Voor- en achterplat van boekband door René Kieffer

Jean Giraudoux, geboren in Bellac, een dorp in de Limousin, maakte carrière als diplomaat. Hij had een grote belangstelling voor de Duitse cultuur en reisde hij al op jonge leeftijd door Duitsland, maar ook Italië, de Balkan, Canada en de Verenigde Staten deed hij aan. In de Eerste Wereldoorlog raakte hij twee keer gewond en ontving hij als eerste schrijver ooit het Légion d'honneur. Intussen was hij begonnen met schrijven. Zijn tweede carrière – hij schreef romans en novellen – stond de diplomatieke loopbaan eigenlijk in de weg. Hij bleef wel lang als hoge ambtenaar in overheidsdienst, werkte in 1926 bij het Bureau des Oeuvres Françaises à l'Etranger en kwam via Bernard Zimmer in contact met Louis Jouvet, een ontmoeting die zijn leven zou veranderen.

Vernieuwend toneel

Acteur Louis Jouvet (1887-1951) had een eigen theater, de Comédie des Champs-Élysées aan de Avenue Montaigne in Parijs. Hij vroeg Giraudoux om een toneelstuk. Dat werd Siegfried, gebaseerd op zijn roman: Siegfried et le Limousin uit 1922. Het moest van Jouvet zeven keer herschreven worden en zo leerde Giraudoux hoe een toneeltekst werkt. Zijn proza was precieus en liep over van duistere toespelingen, maar zijn toneelstukken – uiteindelijk zou hij er vijftien schrijven – waren behalve subtiel en poëtisch ook helder, ironisch en direct. De kritieken op zijn eerste poging waren uitstekend: eindelijk ontsnapte het Franse toneel aan de wurgende greep van naturalisme, realisme en psychologie. Giraudoux werd gerekend tot de vernieuwende auteurs en zijn stukken kregen uitvoeringen tot in Zuid-Amerika toe, dankzij de onvermoeibare Jouvet, die in 1929 de première van Giraudoux' beroemdste stuk Amphitryon 38 voor zijn rekening nam. Ook dit werk werd goed ontvangen. Er waren ook uitzonderingen: Italiaanse kritici noemden het stuk blasfemisch en in Frankrijk schreef Paul Claudel dat hij het stuk niet kon uitlezen, omdat het door een kwajongen leek te zijn geschreven. Giraudoux zelf kreeg de indruk dat de lof voor Amphitryon 38 vooral uitging naar de acteurs: Louis Jouvet (die Mercurius speelde), Pierre Renoir (Jupiter) en Valentine Tessier (Alcmène).

Dit was bepaald niet het eerste toneelstuk over de mythologische figuur Amphitrion – echtgenoot van Alkmene, die een verhouding heeft met Zeus waaruit Hercules voortkwam. Grootheden als Plautus, Molière, Dryden en Heinrich von Kleist waren Giraudoux hierin voorgegaan, vandaar dat hij er het volgnummer 38 aanplakte. In alle ernst heeft een professor dit uitgezocht en hij concludeerde dat Giraudoux' nummer veel te laag was. Dit was dus de zoveelste Amphitrion, maar voor Giraudoux was het de eerste en het werd een stuk waarin Alkmene (Alcmène) de eigenlijke hoofdrol speelt. Vandaar dat is voorgesteld om Amphitryon 38 te herdopen tot Alcmène I. De goden in dit stuk worden als menselijke wezens voorgesteld in alledaagse situaties. Hun goddelijkheid is hen afgenomen. Giraudoux zelf beweerde dat hij Jouvet alleen het ruwe materiaal gaf en dat Jouvet van zijn proppen papier prachtige bloemen had gevouwen. Alle stadia van deze samenwerking zijn bewaard gebleven en gedocumenteerd. De enscenering van de première was een kruising tussen Griekse architectuur en hedendaags kubisme. Er volgde een succesvolle Europese tournee. In 1934 ontwierp de befaamde A.M. Cassandre nieuwe decors.

Tovenaar van de kleurendruk

De eerste uitgave in boekvorm van Amphitryon 38 verscheen bij Grasset in de beroemde groene reeks Les cahiers verts in 1929. In 1931 volgde een geïllustreerde uitgave bij de Éditions du Bélier in Parijs. Lay-out en typografie werden ontworpen door art-decokunstenaar en drukker François-Louis Schmied (1873-1941). Vanaf 1911 illustreerde hij boeken voor een reeks uitgevers, maar in 1922 installeerde Schmied zich in de rue Hallé als illustrator, drukker en uitgever. Hij stond bekend als de tovenaar van de kleurendruk, veel van zijn illustraties zijn oriëntaals geïnspireerd. De algemene economische crisis na 1931 bracht ook de wereld van het boek in het ongerede en maakte een einde aan Schmieds carrière, hoewel hij mede dankzij het graveer- en drukkerswerk van zijn zoon Théo nog tot 1941 zou doorgaan. In totaal illustreerde hij 35 boeken.

De illustraties in deze uitgave zijn van de in Barcelona geboren kunstenaar Mariano Andreu, die ook operadecors en vrouwenportretten schilderde. Van diens oorspronkelijke tekeningen werden door graveur Paul Toustain houtsneden gemaakt, die in het boek aan het begin van elke akte zijn gedrukt op een roze ondergrond. De illustratie op pagina 9 beeldt Jupiter en Mercurius af, die op pagina 133 toont Alkmene en Leda (de houtsneden worden beschreven in de oeuvrecatalogus van Andreu door Esther Garcia-Portugués).

Deze geïllustreerde uitgave verscheen in een oplage van 1000 exemplaren in de zomer van 1931. Dit exemplaar is gebonden naar een ontwerp van René Kieffer (1875-1963) en ook uitgevoerd in diens atelier. Kieffer maakte banden in beperkte series, hetzelfde ontwerp werd voor meerdere exemplaren gebruikt. Het was geen handwerk. Het ontwerp werd met behulp van plaatstempels in goud op de band gedrukt. Dat het seriewerk betreft is duidelijk te zien aan de scheve rugstempeling, een imperfectie die een handboekbinder zich niet zou permitteren. De Koopman Collectie bevat circa 50 banden van Kieffer.

Bibliografische beschrijving

Beschrijving: Amphitryon 38: comédie en trois actes / Jean Giraudoux ; [ill. par Mariano Andreu]. - Paris : Bélier, 1931. - 213 p. : ill. ; 27 cm 1e uitgave: 1929

Oplage: 960 exemplaren

Exemplaar: Nummer 240 van de 857 op Lana

Boekbinder: René Kieffer (Parijs)

Bibliografie: Carteret IV-185 ; Monod 5437

Aanvraagnummer: Koopm A 22

Literatuur

  • Philippe Dufay, Jean Giraudoux: biographie. Paris, Julliard, 1993
  • Esther García-Portugués, Mariano Andreu (1888-1979). Biografía y catálogo razonado. Barcelona, ArsNostrums Edicions, 2019
  • Jean Giraudoux, du réel à l’imaginaire. Paris: Bibliothèque Nationale, 1982
  • Louis Jouvet, Notes et documents. Paris, Perrin, 1952
  • Bettina Liebowitz Knapp, 'Jouvet and Giraudoux 1928-1934', in: Louis Jouvet, man of the theatre. New York, Columbia University Press, 1957
  • Paul A. Mankin, Precious irony: The theatre of Jean Giraudoux. The Hague, Mouton, 1971
  • Maurice Martin du Gard, Les mémorables, 1918-1945. Paris, Gallimard, 1999