Suite provinciale

Jaar: 1927

Auteur: Gustave Coquiot (1865 - 1926)

Kunstenaar: Marc Chagall (1887 - 1985)

Uitgeverij: André Delpeuch

Suite provinciale, vooromslag

In 1927 publiceerde uitgeverij Delpeuch de Suite provinciale van Coquiot met 92 pentekeningen van Marc Chagall. Het is een sprookje over de inwoners van een Frans dorpje, onder wie een geniepig dametje dat de lezer bij het openslaan van het boek door haar brilletje bespiedt. Chagalls zwart-wit illustraties zijn expressief en vlot op papier gezet. De Suite provinciale verscheen in drie verschillende oplagen: 25 exemplaren gedrukt op Japans papier, 500 op Rives (waaronder het boek in de Koopman Collectie) en 25 exemplaren buiten de handel.

Chagall

De kunstschilder Chagall is opgegroeid in Vitebsk (Wit-Rusland) als telg van een Joodse familie. Hij vertrok op 22-jarige leeftijd naar Parijs, waar hij in aanraking kwam met het werk van progressieve schilders als Van Gogh, Monet en Manet. Chagall was ontvankelijk voor de nieuwe expressieve vormen en frisse kleuren van de moderne schilderkunst, maar hij zou nooit bij één stroming horen. Zijn eigen stijl is verwant met het kubisme, het fauvisme en het expressionisme. In zijn werk worden autobiografische elementen symbolisch en poëtisch weergegeven.

In mei 1922 wilde Chagall zich definitief vestigen in Parijs. Maar voor hij de Franse hoofdstad bereikte, bezocht hij Berlijn, waar hij een half jaar bleef wonen en werken. Hier startte zijn loopbaan als graficus. Chagall had zojuist een boek geschreven over zijn jeugd: Ma vie. Een Duitse galeriehouder was bereid het uit te geven, mits hij de tekst met 20 etsen verlevendigde. Tot het einde van zijn leven zou Chagall dankbaar zijn voor deze uitdaging: 'Met een lithografische steen of koperplaat is het net of ik een talisman in handen houdt. Ik denk dat ik er al mijn verdriet en vreugde in kwijt kan, alles wat ik in de loop der jaren heb meegemaakt'.

Toen Chagall in Parijs arriveerde, was Gustave Coquiot al bekend met Chagalls gravures en litho's van de maanden daarvoor. Coquiot bracht hem in contact met de gerenommeerde uitgever en kunsthandelaar Ambroise Vollard, die hem een aantal belangrijke teksten liet illustreren. Het werden wereldberoemde uitgaven: Les Âmes mortes van Nicolaj Gogol (1948), Les Fables van La Fontaine (1952) en de Bijbel (1957).

Suite provinciale, pagina 142 met illustratie door Marc Chagall

Suite provinciale is een buitenbeentje op de titellijst van de criticus Coquiot en verscheen een jaar na de dood van de auteur. Gustave Coquiot was bevriend met bijvoorbeeld Picasso en Utrillo en schreef een groot aantal boeken over kunstenaars als Rodin, Bonnard en Cézanne. Ook publiceerde hij in 1905 samen met Jean Lorrain een toneelstuk (Hôtel de l'Ouest...: chambre 22...). Suite provinciale is net als andere door Chagall geïllustreerde boeken het gevolg van een ontmoeting tussen auteur en kunstenaar.

Bibliografische beschrijving

Beschrijving: Suite provinciale / Gustave Coquiot ; avec 92 dess. inédits de Marc Chagal. - Paris: André Delpeuch, 1927. - 200 p. : ill. ; 26 cm

Drukker: Frazier-Soye (Parijs)

Oplage: 550 exemplaren

Exemplaar: Nummer 151 van de 500 op Rives

Bibliografie: Bénézit 3-437 ; Carteret IV-123 ; Mahé I-583 ; Monod 3148

Aanvraagnummer: KW Koopm A 62

Literatuur

  • Paul van Capelleveen, Sophie Ham, Jordy Joubij, Voices and visions. The Koopman Collection and the Art of the French Book. The Hague, Koninklijke Bibliotheek, National Library of the Netherlands; Zwolle, Waanders, 2009
  • Paul van Capelleveen, Sophie Ham, Jordy Joubij, Voix et visions. La Collection Koopman et l'Art du Livre français. La Haye, Koninklijke Bibliotheek, Bibliothèque nationale des Pays-Bas; Zwolle, Waanders, 2009
  • Marc Chagall, Mijn leven. Utrecht, Erven J. Bijleveld, 2002
  • Pierre Mornand, J.R. Thome, 'Marc Chagall', in: Vingt artistes du livre. Paris, Le Courrier Graphique, 1950
  • Julien Cain, Chagall lithographe. Monte-Carlo, Sauret, 1960
  • Marc Chagall: Work on paper: Selected masterpieces. New York, The Solomon R. Guggenheim Museum, 1975
  • Jacob Baal-Teshuva, Marc Chagall, 1887-1985.Köln, Taschen, 2000