Cenci

Jaar:
1946
Auteur:
Stendhal (1783 - 1842)
Kunstenaar:
Jean Paul Vroom (1922 - 2006)
Uitgeverij:
Éditions du Moustié
Titelpagina van Cenci.

De negentiende-eeuwse schrijver Stendhal (pseudoniem van Henri Beyle) was zoals velen in het Frankrijk van zijn dagen gefascineerd door de daadkrachtige veldheer Napoleon. De destijds belangrijke keuze tussen leger en kerk, tussen rood en zwart, vormde de inzet van zijn bekendste roman Le rouge et le noir (1831), waarin de romantische, tragische held Julien Sorel eindigde op de guillotine. Over zijn solitaire jeugd schreef hij in het autobiografische La vie de Henry Brulard (1835-1836, postuum gepubliceerd in 1890). Zijn relaties met vrouwen leden onder zijn verlegenheid; regelmatig verliefde hij zich in getrouwde vrouwen - dat schiep minder verplichtingen. Van zijn geboortestad Grenoble (waar nu een Musée Stendhal is) vertrok hij naar Parijs om wiskunde te studeren, maar eigenlijk wilde hij toneelschrijver worden.

Al gauw vertrok hij als Napoleontisch soldaat met een vracht aan boeken over de Franse Alpen en belandde hij in Milaan en Bergamo, waar hij zijn vrije tijd met bordeelbezoek vierde, maar niet vergat te duelleren, te lezen, te vertalen en te dagdromen. Discipline was niet zijn fort. In 1801 nam hij ontslag om zich te storten op het schrijven van ambitieuze, onspeelbare toneelstukken. Hij keerde in 1806 terug naar het leger. Stendhal voerde van 1810 tot 1812 correspondentie over allerlei Nederlandse zaken als 'auditeur au Conseil d'Etat' op het ‘bureau de la Hollande’. Maar Nederland, dat toen ingelijfd was bij het Franse keizerrijk, bezocht hij niet. Na de val van Napoleon maakte hij opnieuw enkele veldtochten mee en verbleef jaren in Italië. Het was in die periode dat zijn schrijverschap definitief vorm aannam. Verhalen, romans en dagboeken waren één kant van zijn leven; daarnaast bleef hij in loondienst en eindigde zijn carrière als consul.

  • Omslag van Cenci

Een italiaanse Don Juan

De losse, soms slordige stijl van Stendhal is vaak tegenover de geboetseerde, preciese taal van Flaubert geplaatst. In Nederland was Stendhal in de jaren twintig en dertig geliefd bij de Forum-generatie en dan vooral om zijn autobiografische geschriften. Geïnspireerd door Shakespeare en toch al verzot op anekdotes, maakte Stendhal voor zijn verhalen gebruik van oude bronnen. Hij verwerkte zestiende-eeuwse Italiaanse kronieken in verschillende novellen, vol geweld, liefde en seks. Een van die verhalen, Les Cenci, gaat over een Italiaanse variant van de Don Juan-figuur. Het verhaal verscheen voor het eerst in het tijdschrift La revue des deux mondes in juli 1837 en werd postuum, in 1855, met de andere Italiaanse verhalen gebundeld onder de titel Les chroniques italiennes.

Het verhaal van de familie Cenci is tragisch door het optreden van de vader Francesco Cenci, die verschillende liefdes naloopt, in de gevangenis belandt, maar ook daarna vrouw en kinderen zo blijft tergen en mishandelen, dat zij een moordaanslag op hem laten plegen. Die mislukt, vader neemt wraak en één voor één worden zijn kinderen en vrouw door de beul onthoofd. Genoeg drama voor een geïllustreerde uitgave en die is er dan ook gekomen. Uitgeverij Moustié (Robert Marin) in Parijs gaf daarvoor een opdracht aan een illustrator, die slechts werd aangeduid als Jean-Paul - misschien ter herinnering aan de beroemde illustrator Hermann-Paul, die in 1940 was overleden. Over deze kunstenaar is nergens informatie voor handen. Geen wonder, want in feite zijn Jean-Paul zijn twee voornamen en staat zijn volledige naam niet in het boek en al evenmin in naslagwerken en biliografieën. Het raadsel kan overigens wel degelijk worden opgelost.

Verborgen identiteit

Van deze uitgave verschenen 390 exemplaren op Puymoyen-papier en ook nog eens 40 voor de uitgever en vrienden van de uitgever. Daarnaast verschenen slechts enkele exemplaren speciaal voor de illustrator en die zijn door hem gesigneerd. De Koninklijke Bibliotheek beschikt over een van deze speciale kunstenaars-exemplaren van Les Cenci. De signatuur vermeldt zijn volledige naam. Het blijkt te gaan om Jean-Paul Vroom (geboren in Den Haag in 1922 als Johannes Paul Vroom). Deze schilder, graficus, cineast, fotograaf en graveur werkte vanaf 1936 voor het theater en de reclame. Hij leerde het graveren van zijn vader, een stempelmaker. Zijn opleiding volgde hij aanvankelijk in Den Haag en die kreeg een vervolg in Parijs aan de Ecole Estienne. Hij woonde er van 1943 tot 1955. Vanaf 1945 maakte hij ook illustraties voor bibliofiele uitgaven, die hij deels in eigen beheer uitgaf (onder andere werk van Daudet en Hugnet). Les Cenci was zijn eerste opdracht. In Nederland kreeg hij bekendheid door illustraties en typografie voor de uitgaven van Stichting De Roos en door zijn samenwerking met choreograaf Hans van Manen (zo ontwierp hij décor en kostuums voor diens bekende ballet 'Adagio Hammerklavier').

Vroom maakte strakke staalgravures voor Les Cenci, die hij eerst in kleine potloodtekeningen uitwerkte. In het Koopman-exemplaar is dit voor één tekening goed na te volgen, want dit exemplaar, geletterd B, bevat niet alleen de gewone illustraties. Aanwezig zijn ook: een suite van de kopergravures in twee stadia, de suite van de afgekeurde gravures en een extra bijlage, namelijk een originele tekening. Die is voor de gravure waarop de priester het schavot betreedt om de veroordeelden in hun laatste minuten bij te staan. Deze tekening is in enkele stadia tot de definitieve gravure bewerkt, die vervolgens werd gedrukt in het atelier van Paul Haasen. De gravures van de suite zijn gesigneerd en gedateerd. Het werk aan het boek begon in 1944, maar de eerste stadia van de gravures dateren van 12 tot 20 juli 1945, de tweede van 1-23 juli 1945. De tekst werd gedrukt in drukkerij La Ruche door A. en P. Jarach. Het frontispice is een portret van Stendhal met ringbaardje. De kopergravure is gebaseerd op een tekening van Henry Lehmann. Dit was het laatste portret dat tijdens het leven van de auteur werd gemaakt. Stendhal verbleef in Italië, had al een hersenbloeding gekregen en leed aan verlammingsverschijnselen in gezicht en handen. Het was augustus 1841 en zijn gezicht is vertrokken in een goedmoedige, maar gepijnigde glimlach. Een half jaar later werd hij geveld door een tweede bloeding.

Bibliografische beschrijving

Beschrijving:
Les Cenci / Stendhal ; cuivres au burin de Jean-Paul [Vroom]. - Paris : Éditions du Moustié, 1946. - [73] p. : ill. ; 31 cm
1e uitgave:
In: Les chroniques italiennes, 1855
Drukker:
La Ruche (A. en P. Jarach) (tekst); Paul Haasen (etsen)
Oplage:
430 exemplaren
Exemplaar:
Exemplaar van de kunstenaar, no. B
Bijzonderheid:
Met 2 extra sets van de etsen, gedateerd en gesigneerd door de kunstenaar, en met één originele tekening; Gesigneerd door Jean Paul Vroom
Bibliografie:
Carteret IV-367 ; Monod 10421
Aanvraagnummer:
Koopm A 321

Literatuur

  • Michel Crouzet, Stendhal ou Monsieur Moi-même. Paris, Flammarion, 1990
  • V. Del Litto, Album Stendhal. Paris, Gallimard, 1966
  • [Jean-Paul Vroom]. Leiden, Stedelijk Museum De Lakenhal, 1963(Tentoonstellingscatalogus)
  • Henri Martineau, Le calendrier de Stendhal. Paris, Divan, 1950
  • [Stendhal], Chroniques italiennes, Tome premier. Nouv. éd. Genève, Cercle du bibliophile, 1968
  • [Stendhal], Stendhal et la Hollande: correspondance administrative inédite 1810-1812. London, Institute of Romance Studies, University of London School of Advanced Study, 1996