Avant-jour

Jaar: 1998

Auteur: Michel Déon (1919 - 2016)

Kunstenaar: Olivier Debré (1920 - 1999)

Uitgeverij: André Biren

Avant-jour, titelpagina

De schrijver Michel Déon debuteerde tijdens de oorlog, in 1944 om precies te zijn. Twintig jaar later was hij een van de weinig rechtse auteurs in het voornamelijk linkse Frankrijk en bevond hij zich in figuurlijke zin op een eiland. Dat isolement werd enigszins doorbroken toen Déon in 1978 'fauteuil 8' in de Académie française kreeg toegewezen. Voor eilanden, of liever, voor het karakter dat eigen is aan eilandbewoners heeft hij overigens een obsessie. Het fascineert hem dat zij zich van de wereld afsluiten met het gevaar in eenzaamheid te vervallen. Zelf heeft hij een voorliefde voor Griekenland en Ierland.

Aan het slot van Avant-jour spreekt hij over de strijd tegen de 'barbaren': 'Alors, peut-être, peut-être, du chaos renaîtra un monde de Gloire et je Joie, patiemment reconstruit avec des pensées neuves [...]' (Dan, misschien, misschien, zal uit de chaos een wereld van Glorie en Vreugde herboren worden, geduldig herbouwd met nieuwe gedachten). En dat is misschien voldoende: 'Juste assez pour un instant de bonheur.' (Net genoeg voor een moment van geluk.)

Olivier Debré

Olivier Debré, die de illustraties verzorgde bij Déon's Avant-jour, laat zich niet voor één gat vangen. Hij is een artistieke duizendpoot en heeft meerdere voorliefdes. Naast landschapsschilder is hij ook theaterdecorateur, beeldhouwer, tekenaar, graveur en lithograaf. Niet alleen het papier of canvas maar ook immense muren zijn het werkterrein van Debré. Hij schilderde onder andere het toneelgordijn van de Comédie française. Als kleinzoon van de belangrijke portretschilder Edouard Debat-Ponsan en als achterneef van Jules Garnier, de architect van l'Opéra de Paris, is zijn veelzijdigheid niet verwonderlijk. Zijn vele talenten en in het bijzonder dat voor kleur en ruimte zorgen ervoor dat hij zijn werk veel kan exposeren.

Ruimtelijkheid en orde staan centraal in zijn werk. 'Ma peinture est structurée par le rythme, car c'est le rythme qui engendre l'espace' (Mijn schilderingen worden gestructureerd door ritme, want het is ritme dat ruimte schept) zegt hij in een interview. Dat komt in Avant-jour duidelijk naar voren; in de vier etsen weet Déon een fossielachtige diepte en reliëf te scheppen door subtiele nuances in het monochroom.

Avant-jour, colofon

André Biren

Avant-jour is een uitgave van André Biren (1935) en het vierde boek dat Biren met Déon maakte. Afkomstig uit het bankwezen besloot hij in 1972 zijn liefde voor het verzamelen van litho's en gravures tot zijn vak te maken. Als galeriehouder en uitgever van kunstenaarsboeken van hedendaagse kunstenaars was hij dan ook vooral actief in de jaren '70 en '80. In 1984 startte hij zijn project 'A mano' waarbij hij jonge kunstenaars in contact bracht met dichters. Hij gaf hen niet alleen de ruimte te exposeren maar bracht ook 'livres d'artistes' met hen uit. In 1994 ontstond een tweede collectie 'A mano' waarvan Michel Déon ook deeluitmaakte. Uit die periode dateert ook de sobere uitgave van Avant-jour. Sober, omdat er geen kleuren zijn gebruikt maar enkel zwarte inkt op het neutrale witte papier. Het gebruik van het tamelijk 'gewone' Arches is ook bescheiden te noemen; het is eerder duurzaam dan kostbaar en laat zich door zijn stevigheid goed bedrukken.

Bibliografische beschrijving

Beschrijving: Avant jour / [texte de] Michel Déon ; [gravures orig. d'] Olivier Debré. – Paris: André Biren, 1998. - [40] p. : ill. ; 26 cm

Drukker: Jean Hofer (Parijs) (tekst) Lacourière et Frélaut (Parijs) (kopergravures)

Oplage: 57 exemplaren

Exemplaar: Nummer 23 van de 57 op Arches

Lettertype: Centaur

Bijzonderheid: Gesigneerd door de auteur en de kunstenaar

Bibliografie: Bénézit 4-320

Aanvraagnummer: KW Koopm L 498

Literatuur

  • Alan Chatham de Bolivar, 'André Biren, éditeur de livres d'artistes', in: Art et Métiers du livre, (1996) 198, p. 7-9
  • Malou Georges-Majerus, Livres illustrés et livres d'artiste. Luxembourg, Bibliothèque nationale de Luxembourg, 2002, p. 72
  • Philippe Piguet, 'Olivier Debré: La peinture en scène', in: L'œil, (1987) 387, p. 68-69
  • Marcelin Pleynet, 'Olivier Debré, la nature comme inspiration', in: L'œil, (1980) 304, p. 58-63
  • Pol Vandromme, Michel Déon: Le nomade sédentaire. Paris, La Table Ronde, 1990