De Blauwe Schuit: Ascensus ad inferos

Het meest opvallende aan de uitgave 'Ascensus ad inferos' van De Blauwe Schuit is het papier.

Oud Hollands papier

Het boekje is gedrukt op oud Hollands papier van de papierfabrieken van Van Gelder - de watermerken laten dat zien. Maar het papier was eerder gebruikt. Op alle pagina's staan handgeschreven aantekeningen in inkt die inmiddels verbruind is. De bladen zijn afkomstig uit een kloosteradministratie die werd aangetroffen in het gijzelaarskamp waar dominee August Henkels en schrijver Simon Vestdijk waren geïnterneerd: Kleinseminarie Beekvliet in Sint Michielsgestel. Dat seminarie bestond van 1733 tot 1969.

De vondst van het papier

Binnen de muren van het seminarie konden de gijzelaars min of meer vrij bewegen, hoewel dat gezien het aantal gijzelaars van meer dan 1000 man ook zijn beperkingen had. Vestdijk en Henkels waren kamergenoten en zochten naar een rustige plek om te schrijven, te lezen en te denken. Die vonden ze op zolder. Henkels schreef kort na de oorlog: 'Onder den aldaar dooreen liggenden rommel hadden we de resten van een oud huishoudboek van den keukenpater gevonden, en enkele bladen bij elkaar gesorteerd en bestemd voor het doel dat ze in deze plaquette ook inderdaad hebben gevonden.' Dat doel was: er de eigen gedichten op laten drukken. Het omslag zou dan van ander papier worden gemaakt.

Maar er bleek net genoeg papier te zijn voor de hele oplage, die overigens niet groot was. Op 21 december 1942 werden er 45 exemplaren verdeeld tussen de drie uitgevers van De Blauwe Schuit; maar een half jaar later schreef drukker Hendrik Werkman dat hij er 55 had verzonden en drie bewaard; oplage dus 58 exemplaren.

Toch is voor het omslag een ander papier gebruikt dan voor het binnenwerk. Voor de omslagen koos Werkman uit de 60 grote en 30 kleinere vellen de bladen met in geelbruin voorbedrukte lijnen. Dat waren kasboekbladen. De binnenbladen - afkomstig uit dezelfde voorraad - hebben die lijnen niet. In het kasboek stonden de lijnen verticaal, maar Werkman draaide het vel een kwartslag en vouwde het dubbel, waardoor de lijnen horizontaal lopen.

Administratie van de keukenpater?

Het idee dat deze bladen waren beschreven door de 'keukenpater' is gebaseerd op enkele bladen waarop werd bijgehouden hoeveel geld er werd gespendeerd aan wijn of graan. Maar de administratie bevatte veel meer dan allen zulke aantekeningen. Er zijn bijvoorbeeld bladen die de uitgaven per monnik bijhouden. Het omslag van het exemplaar in het Huis van het boek bevat aantekeningen over een zekere Justinus van Bergen, die werd geboren in 1811 en in 1823 intrad in het klooster. De achterzijde heeft aantekeningen over Mattheus Coppes, die in 1809 werd geboren en in 1823 op het seminarie kwam. Van hem is bekend dat hij vanaf 1836 pastoor in Sint Michielsgestel was.

Ook zijn er bladen die aantekeningen over de bibliotheek bevatten. Het exemplaar van de Koninklijke Bibliotheek (het eigen exemplaar van Simon Vestdijk) is deels gedrukt op een blad met de 'Recepta Bibliotheca' en daarop staan onkosten voor 'boeken, papier enz', maar ook voor lessen Engels en Duits en pianolessen.

Henkels schreef: 'Er zijn oude archieven, uit vergeelde bladenbundels vallen de briefjes van pubers en papen - heimelijkheid der heimelijkheden, in beslag genomen eertijds, men schreef 1848 - [...]'. De vondst van het papier werd meteen geromantiseerd.

De bladen omspannen de hele negentiende en het eerste decennium van de twintigste eeuw.

Halverwege juni 1942 waren zo'n 90 bladen van de gevonden administratie uit het kamp gesmokkeld. Henkels vroeg Werkman de bladen zo te gebruiken dat de opschriften - zoals 'In Vino' en 'In Grano' - opvallend in de marge van de pagina's zouden terecht komen en dus goed leesbaar blijven. Ook wilde hij dat de minst beschreven pagina's als omslagbladen zouden worden gebruikt.

De beklimming van de Onderwereld

De Latijnse titel van de uitgave staat boven de inleiding van Henkels: 'Ascensus ad inferos'. De betekenis is iets als: de beklimming van de Onderwereld. De twee sonnetten zijn gezet uit de Hollandsche Mediaeval en gedrukt in rood, om ze te onderscheiden van de geschreven aantekeningen in bruin op het oude papier. Dat deed Werkman bijna nooit. Hij gebruikte liever zwart voor teksten.

Het omslag toont de twee auteurs van de sonnetten als prelaten in hoge koorbanken. Eén in rood gekleed, van opzij gezien; en een in een geel gewaad en van schuin voor gezien. Ze heffen een vingertje naar elkaar op, zoals ook in de twee sonnetten. Vestdijks sonnet was een antwoord op dat van Henkels. Vestdijk vond dit druksel van Werkman maar 'infantiel'.

In de inleiding schreef Henkels over hun avontuur op de zolders van het seminarie:

'Tenslotte komen wij tot rust in twee koorgestoelten. Wij overzien het heelal dezer stilte. Wij buigen ons over de lezenaar, ik maak een preek, hij vertaalt Sherlock Holmes.'

[Auteur van deze bijdrage: Paul van Capelleveen]

Copyright

© De teksten van S. Vestdijk en F.R.A. Henkels worden hier gereproduceerd met exclusieve toestemming van de Erven Vestdijk en de Erven Henkels.

Beschrijving van BS17

[F.R.A. Henkels, S. Vestdijk], Ascensus ad inferos. [Druksel van H.N. Werkman.]

4 pagina's, genaaid in omslag, 234x184 mm.

December 1942 (verschenen op 17 december 1942, ná BS18 en BS19).

Letter: Halfvette Hollandsche Mediaeval (titels op pagina 1-3: corps 24; tekst pagina 1, titel pagina 4: corps 16; tekst pagina 4: corps 12); Smalle Halfvette Hollandsche Mediaeval (tekst pagina 2-3: corps 20).

Oplage: 58 (brief van H.N. Werkman aan F.R.A. Henkels, 26 mei 1943).

Papier: Papier met watermerk van Franse lelie in wapenschild en met watermerk ‘VG’: begin negentiende-eeuws papier van Van Gelder (omslag); watermerk met de naam ‘VAN GELDER’, begin negentiende-eeuws papier (tekstpagina's).

Colofon: 'Colophon Dit kloosterlijk avontuur te Sint Michielsgestel werd gedrukt en verlucht door H.N. Werkman in een oplage van 50 ex. Voor het binnenwerk werden de archieven van het Seminarie georganiseerd, zooals dat in Brabant heden te dage heet. In Nov. 1942 geschonken aan de vrienden van De Blauwe Schuit.'

Literatuur

  • Groninger Museum/ Werkman Archief [Online].
  • F.R.A. Henkels, Logboek van de Blauwe Schuit. Groningen, 1982.
  • Schepelingen van De Blauwe Schuit: brieven van Bertus Aafjes, K. Heeroma, M. Nijhoff, S. Vestdijk en Hendrik de Vries aan F.R.A. Henkels, 1940-1946. Den Haag, 2003.
  • Hendrik Nicolaas Werkman, Brieven rond De Blauwe Schuit (1940-1945). Nijmegen, 2008.
  • Ate Zuithoff, Hendrik Werkman en De Blauwe Schuit: herinneringen van een schipper. Utrecht, 1995.